Toezichthouder AFM schiet uit de bocht met politieke uitspraken (4 juli 2016)
De directeur van de AFM mevrouw Merel van Vroonhoven werd door de Telegraaf van 24 juni geïnterviewd over het pensioenstelsel. Haar publieke standpunten met adviezen over de toekomst van ons stelsel behoren tot het gebied van de politiek en zij horen niet thuis bij de rol van een vertrouwelijke toezichthouder op het gebied van pensioenfondsen. Of zou zij in opdracht van het kabinet deze boodschap uitdragen net zoals DNB?
Volgens Vroonhoven zijn gepensioneerden gefrustreerd omdat de fraaie pensioenbeloftes uit het verleden niet zijn waargemaakt. Jongeren vrezen weer op te draaien voor de financiële problemen bij de pensioenfondsen. Een piramidespel? Zo ver wil AFM-voorzitter Merel van Vroonhoven niet gaan. Wel is ze zeer kritisch: "Dit is het beste pensioenstelsel ... voor het verleden.”
Hebben we dan vanaf 1952 tot nu zitten slapen? Is er niets goed aan ons pensioenstesel? Deze negatieve opstelling tekent het gehele interview. We zijn het eens dat de huidige uitkeringsovereenkomst met zijn duidelijke toezegging waar je tot op zekere hoogte op kan rekenen voor je financiële planning in het leven, een aantal aanpassingen nodig heeft. Maar zij stelt ook zaken onjuist voor zoals het eigendom van de pensioenaanspraken van deelnemers en de pensioenrechten van gepensioneerden.
“Kijk op je eigen pensioenoverzicht en wat zie je dan? Niet jóuw pensioen" zegt voorzitter Merel van Vroonhoven van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Ons pensioen is een onoverzichtelijke kluwen geworden. Wie is solidair met wie? En wie draait er op voor de financiële sores van de fondsen? Niemand die het meer weet. Hoogste tijd voor een eigen pensioenrekening”, stelt Van Vroonhoven in de Telegraaf.
Reactie van Stichting Pensioenbehoud
Wij zijn in de pen geklommen en hebben mevrouw van Vroonhoven gewezen op deze onjuiste uitspraak over het eigendom (zie bijlage). Want het opgebouwde bedrag op je pensioenoverzicht bij een uitkeringsovereenkomst is wél je eigendom zoals de Hoge Raad heeft vastgesteld. En dat is het geval bij de bedrijfstakpensioenfondsen en de meeste ondernemingspensioenfondsen ondanks dat de financiering van de uitkeringsovereenkomst gebaseerd is op Collective Defined Contribution (CDC). Ook de premie is veelal voor een aantal jaren vastgezet en daarmee zijn dan ook de beleggings- en de meeste andere risico’s van het fonds afgewenteld op de deelnemer. Vandaar dat korten wettelijk mogelijk is als ultieme bijdrage ter verbetering van financiële problemen van een fonds.
Want in het vonnis van de Hoge Raad van 3 februari 2012 (ECLI:NL:HR:2012:BT8462) heeft de Hoge Raad vastgesteld in onderdeel 3.4 “Dat geldt mede omdat een pensioenaanspraak een zelfstandig (voorwaardelijk) vermogensrecht vormt dat vatbaar is voor afkoop, waardeoverdracht en verdeling bij echtscheiding, zodat nakoming van toekenning van dat recht gevorderd kan worden en die vordering bijgevolg kan verjaren.” Ook is in onze brief gewezen op de bescherming van het eigendom door artikel 17 van het Handvest voor de Grondrechten van de Europese Unie (EU Handvest).
Het geadviseerde individuele pensioenpotje voor iedereen geeft niet meer eigendom op dan nu het geval is en levert bovendien minder solidariteit op. Daarnaast staat bij deze voorgestelde individuele beschikbare premieregeling de pensioenuitkering t.z.t. niet vast. Je kan daarmee nergens op rekenen en je kan het pensioenfonds op slechte resultaten ook niet daarop aanspreken. Een betere doorsneepremie lijkt wel voor de hand te liggen omdat vele mensen die deelnamen aan een pensioenregeling, later als ZZP’er dat niet meer doen en het pensioen dan zelf moeten regelen.
Ook de Pensioenfederatie reageerde afwijzend met het artikel Schoenmaker blijf bij je leest (zie bijlage), maar dat was te verwachten van de lobbyclub van de pensioenfondsen.
Nieuwsbrief van de Stichting Pensioenbehoud