De uitkeringsovereenkomst moeten we vasthouden (7 sept. 2015)
Onlangs heeft Rob de Brouwer als voorzitter van de Nederlandse Bond van Pensioen-belangen op een heel heldere wijze een artikel geschreven waarom het behoud van onze uitkeringsovereenkomst door je pensioenfonds van groot belang is, zowel voor degenen die pensioen opbouwen als voor de gepensioneerden (zie bijlage). Want bij een toegezegd pensioen weet je wat je kunt verwachten bij je pensionering. En zo kun je je financiële toekomst plannen. Alleen als het pensioenfonds in de financiële problemen komt door te lage premies of slechte beleggingsopbrengsten, mag een pensioenfonds als laatste redmiddel het pensioen verlagen (korten). Indien er nog meer zekerheid zou worden gewenst door het laten vervallen van deze mogelijkheid dan moeten de buffers nog veel hoger worden dan nu al het geval is. Aanpassing van het pensioen aan de inflatie in verband met de dalende koopkracht kan dan de komende decennia wel worden vergeten.
Of in zijn woorden:
“Ik ben van mening dat een pensioenfonds als primaire taak heeft om te zorgen dat de ingelegde premies zodanig worden belegd en beheerd dat een gewenste uitkering op de pensioendatum het resultaat is. Onderzoek heeft uitgewezen dat beleggen met een langetermijnvisie over de laatste twee eeuwen gemiddeld een rendement van 5% heeft opgeleverd. Er is geen enkele reden te bedenken waarom dat in de toekomst
niet zo zou zijn. (…) Kortweg komt het hierop neer dat het pensioen iemand in staat moet stellen om de levenswijze van vóór zijn pensionering voort te zetten.”
De reden van de onduidelijkheid over ons pensioen omschrijft Rob de Brouwer treffend:
“Het huidige Uniforme Pensioen Overzicht (UPO) is onduidelijk en is voor een minder deskundige leek moeilijk te begrijpen. Ik zou zeggen: doe daar dan wat aan! Verbeter de communicatie over het toekomstige pensioen. Ik zou het als deelnemer veel belangrijker vinden om te weten wat ik straks mag verwachten als pensioenuitkering dan om te weten hoeveel er in de pot zit en welk deel daarvan aan mij kan worden toegerekend.”
Er wordt ook al gesproken over een beschikbare premieregeling al dan niet individueel. Maar een beschikbare premieregeling bij pensioenfondsen betekent dat de ingelegde premies wel bekend zijn, maar niet op welk pensioen iemand kan rekenen bij zijn pensionering. Dat zal heel slecht uitwerken met een armoedig bestaan voor de toekomstige gepensioneerden. Het Sociaal Cultureel Planbureau heeft daarom onderzoek gedaan naar de wensen van de werkenden over hun pensioen (zie bijlage). Daaruit blijkt overduidelijk dat zekerheid over het eigen pensioen belangrijker wordt gevonden dan solidariteit. Dit deel van de samenvatting maakt veel duidelijk:
“– Werkenden willen vooral zekerheid over hun toekomstige pensioen. Solidariteit is belangrijk, maar ondergeschikt aan de behoefte aan zekerheid.
– Naast zekerheid wenst men ook bepaalde keuzemogelijkheden. Vooral de mogelijkheid om te sparen voor een vervroegd pensioen vindt men aantrekkelijk: 65% van de respondenten zegt dat zij van die mogelijkheid gebruik zouden maken.
– De deelnemers aan het onderzoek hebben weinig problemen met het feit dat sommige bevolkingsgroepen meer profijt hebben van de solidariteit in het huidige pensioensysteem dan andere. Dit geldt vooral als het gaat om kwetsbare groepen, zoals arbeidsongeschikten.”
Conclusie: laten wij allen ons inzetten voor behoud van de uitkeringsovereenkomst.
Nieuwsbrief van de Stichting Pensioenbehoud van 7 september 2015.