Skip to main content

Nieuwsbrieven Pensioenbehoud

Waarschuwing bij afkoop van klein pensioen vanwege AOW (31 mrt. 2014)

Kleine pensioenen zijn ouderdomspensioenen die in 2014 minder dan € 458,06 per jaar bedragen. Afkoop betekent dat er een bedrag ineens wordt uitgekeerd en daardoor krijgt men vanaf de pensioendatum geen (maandelijkse) pensioenuitkering. Het afkoopbedrag dat iemand ontvangt is niet gelijk aan het opgebouwde pensioen. De pensioenuitvoerder kan het bedrag opgeven. Maar door pensioenafkoop kan het gebeuren dat het toekomstige pensioen te laag is ten opzichte van het uitgavenpatroon. Bekijk op mijnpensioenoverzicht.nl naar de hoogte van de te verwachten AOW- en pensioenuitkering(en).

Bij ontvangst van een uitkering vanwege pensioenafkoop  is het inkomen in dat jaar ineens een stuk hoger. Misschien moet er meer belasting worden betaald of wellicht is er recht op minder huur- of zorgtoeslag. Afkoop kan ook gevolgen hebben voor het kind-gebonden budget of de kinderopvangtoeslag. Kijk op www.belastingdienst.nl wat de gevolgen van de afkoop kunnen zijn of bel met de belastingdienst.

Wanneer kan een klein pensioen afgekocht worden?

Pensioenuitvoerders mogen vanaf 1 januari 2007 kleine pensioenafspraken  zonder  toestemming van de (gewezen) deelnemer of (voormalige) partner afkopen, maar dat is niet verplicht maar een keuze van de pensioenuitvoerder. Maar de opgebouwde pensioenen van vóór 1 januari 2007 mogen alleen afgekocht worden als pensioengerechtigde of de (gewezen) partner hiermee instemt én de pensioenuitvoerder deze keuze aanbiedt.

De afkoop (recht van de pensioenuitvoerder) is toegestaan in de volgende gevallen:
- Afkoop van een klein ouderdomspensioen bij einde deelneming aan de pensioenregeling;
- Afkoop van een klein partnerpensioen bij overlijden;
- Afkoop van een klein bijzonder partnerpensioen bij scheiding.

Maar er kan een belastingprobleem zijn vanwege het doorwerkvereiste

Vanaf 1 januari 2013 mag om fiscale redenen het kleine pensioen niet eerder worden uitgekeerd dan de datum van ingang van de AOW. Maar dat kan wel gebeuren indien het pensioenreglement de uitkering doet bij het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd van 65 jaar terwijl de fiscale datum de AOW datum is, dus 65 jaar plus 2 maanden in 2014. Te vroeg uitbetalen leidt dan tot inkomen uit arbeid voor de niet-werkende partner jonger dan de AOW leeftijd en dat inkomen wordt in mindering gebracht op de AOW-toeslag van de gepensioneerde 65 plus partner. Het is daarom belangrijk om bij afkoop van een klein pensioen met het pensioenfonds schriftelijk af te spreken dat de uitkering pas wordt gedaan nà de ingangsdatum van de AOW (in 2014: 65 jaar en 2 maanden). Ontvangt iemand ondanks deze afspraak toch het afkoopbedrag van het kleine pensioen vóór de AOW datum, stort het geld weer terug en schrijf een brief aan het pensioenfonds dat de eventuele (belasting)schade vergoed dient te worden.

Heeft de Sociale Verzekeringsbank (SVB) de pensioenafkoop echter in mindering gebracht op de AOW-toeslag bij de partner, schrijf dan de SVB een brief. Daarin kan erop worden gewezen dat de rechter heeft bepaald dat er géén korting op de AOW-toeslag mag plaatsvinden indien de maandelijkse opbouw van het pensioen dat wordt afgekocht, is geëindigd vóór de datum waarop de AOW-uitkering is ingegaan van de gepensioneerde partner. Doe een beroep op  het arrest BRE AWB 12/4945 AOW B A van 22 maart 2014.

Nieuwsbrief van de Stichting Pensioenbehoud van 31 maart 2014.