Skip to main content

Nieuwsbrieven Pensioenbehoud

Vooruitzichten op onze pensioenen: wie heeft de wijsheid? (6 feb. 2012)

U kunt ook onze petitie Ik wil niet gekort worden op mijn pensioen! ondertekenen via de link http://pensioenbehoud.petities.nl.  Deze zal worden aangeboden aan minister Kamp van SZW.


Achteraf is het wel duidelijk geworden: onze economische groei in het Westen gedurende de laatste decennia is niet voortgekomen uit de klassieke bronnen zoals meer mensen aan het werk en stijgende productiviteit, maar de groei werd gefinancierd door het lenen van veel te veel geld. Hoogleraar Herman Wijffels wees daar ook op in de Telegraaf van 25 januari. Die leningen moeten weer grotendeels worden afgebouwd met alle negatieve gevolgen voor de economie en het vertrouwen in de toekomst. Zonder groei geen waardestijging van bezittingen. Daarom schat in de NPN uitgave 43 de in beleggingskringen bekende Gina Sanchez van Roubini Global Economics in de VS het lange termijn rendement van aandelen op ‘slechts’ 6,5% bij een heel lage rente voor staatsleningen. Andere economen schatten echter een aanzienlijk hoger rendement voor aandelen in. En dan nog het probleem van de vergrijzing in de Westerse economieën evenals de hogere levensverwachting dan waarmee is gerekend bij de vaststelling van de premie in het verleden. Want premieverhoging noodzakelijk door een stijgende levensverwachting werd en wordt niet gebaseerd op de reeds opgebouwde pensioenen, maar alleen op de toekomstige opbouw. Bij de vroegere eindloonregelingen werkte een hogere pensioentoezegging door salarisstijging echter wel terug in de tijd, maar niet meer bij middelloonregelingen. Daardoor is een lagere dekkingsgraad ontstaan door te weinig ontvangen premies in het verleden.

Jongeren hebben een andere visie
Gezien de huidige pensioendiscussies is het dan ook niet verwonderlijk dat volgens een onderzoek van Debat op 2 (NCRV/KRO) van de groep 21-40-jarigen bijna de helft zelf hun pensioen wil opbouwen. En dat maar één op de zeven er het vertrouwen in heeft dat zijn pensioenfonds straks nog voldoende geld in kas heeft om uit te kunnen betalen. Terwijl er nog nooit een zo groot pensioenvermogen in Nederland is geweest van € 875 miljard. De crux van de negatieve beleving van de huidige situatie zit in de waardering van de pensioenverplichtingen in de toekomst. Hoeveel levensjaren zullen we vanaf onze pensioendatum gemiddeld nog krijgen? Het CBS extrapoleert het verleden naar de toekomst toe en het Actuarieel Genootschap gebruikt de te verwachten medische ontwikkelingen om onze toekomstige leeftijd in te schatten. Wie het weet, mag het zeggen (achteraf). Daarom zijn wij voorstander om wijzigingen in ons pensioenstelsel aan te brengen zoals op korte termijn jaarlijks verhogen van de AOW-leeftijd met enkele maanden om het korten van pensioenen te voorkomen zoals ook D66 en GroenLinks bepleiten. Ook om het pensioen te baseren op arbeidsjaren met generatierekeningen (cohorten) van 10 jaar, een lager opbouwpercentage, lagere zekerheidsmaatstaf, andere vorm van nabestaandenpensioen e.d. Zie onze Uitgangspunten voor een gewijzigd pensioenstelsel op de website.

Verbeteringen
Het wetvoorstel over de samenstelling en medezeggenschap in pensioenfondsbesturen is door de Eerste Kamer na vele jaren discussie eindelijk aangenomen. Dat betekent dat gepensioneerden nu ook in de besturen kunnen meebeslissen, waarbij werknemers en gepensioneerden samen tenminste evenveel zetels kunnen hebben als de werkgevers. Ook komt er nu een beroepsrecht voor een minderheid in de deelnemersraad om te kunnen laten toetsen of er een evenwichtige belangenafweging door het bestuur heeft plaatsgevonden. Minister Kamp heeft aangekondigd dat hij rekening zal houden met de contouren van het wetsvoorstel gebaseerd op het pensioenakkoord bij het toetsingsmoment eind van dit jaar om het korten te beoordelen. Hij doelt daarmee op een aangepaste rekenrente. In zijn brief aan de Tweede Kamer van 31 januari (zie bijlage ) geeft Kamp hierop een toelichting.

Deze nieuwsbrief van de Stichting Pensioenbehoud is gepubliceerd op 6 februari 2012.