Skip to main content

Nieuwsbrieven Pensioenbehoud

Verkiezingen en onze pensioenen  (3 sept. 2012)

De verkiezingsdebatten zijn weer volop aan de gang op basis van de verkiezingsprogramma’s.  Het Centraal Planbureau (CPB) heeft voor 10 partijen tot achter de komma nauwkeurig uitgerekend wat een maatregel zal opleveren, hoewel de nauwkeurigheid daarvan laag is. Maar wat ontbreekt in de berekeningen zijn onze garanties voor tientallen miljarden voor de schulden van zwakke eurolanden. Prof. Jaap van Duijn komt in zijn column Het eerlijke verhaal van 1 september op basis van Duitse berekeningen tot de conclusie dat Nederland linksom of rechtsom circa 20 miljard kwijt zal zijn aan onze garanties. Dat verlies betreft zowel het redden van Griekenland als wel het uittreden van Griekenland uit de euro. En de gevolgen daarvan heeft geen enkele partij door het CPB laten berekenen, aldus Jaap van Duijn.

Doorrekening verkiezingsprogramma’s door Centraal Planbureau
In haar dikke rapport Keuzes in Kaart 2012-2017 (dat is te vinden op cpb.nl) heeft het CPB een handig overzicht opgenomen met de effecten per verkiezingsprogramma van de onderzochte politieke partijen (zie bijlage ). Het onderdeel dat gepensioneerden het meeste raakt, is de ontwikkeling van de koopkracht voor deze groep die 32% van de Nederlandse huishoudens uitmaakt. De koopkracht- ontwikkeling van de gepensioneerden berekend over vijf jaar blijft bij de meeste partijen helaas achter bij die van de werknemers. Die achterstand is bij GroenLinks het grootst met -3,5% in vijf jaar, gevolgd door SP met -2,5%, VVD met -2,25%, CU met -2%, SGP met -1%, PVV met -0,75% en  D’66 met 0%. Bij het CDA is de verbetering van de koopkracht in vijf jaar het hoogst met +1% gevolgd door de PvdA en DPK beide met +0,75%. Meestal is dat het gevolg van minder ingrijpen bij het begrotings-tekort of de staatschuld dan wel minder bezuinigen of hervormen. En dan komen de aangekondigde pensioenkortingen er ook nog aan bovenop de reeds gemiste indexatie voor inflatie.

Wat zeggen de verkiezingsprogramma’s over pensioenen
Bijna alle partijen hebben hun uitgebreide mening over de noodzaak van een latere ingangsdatum van de AOW, maar veel minder over de ouderdomspensioenen. De SP is duidelijk met haar standpunt dat besturen van pensioenfondsen uit werkgevers, werknemers en gepensioneerden ieder voor een derde moeten bestaan. En dat het niet nodig is om te korten op de pensioenen vanwege de kunstmatig laag gehouden rentes. De PVV wil een vaste rekenrente van 4% hanteren (in plaats van de huidige variabele rente). De PvdA wil een nieuw toetsingskader voor pensioenen waarin de solidariteit tussen generaties (jong en oud), maar ook binnen generaties (hoog- en laagopgeleid) centraal  staat. Het CDA wil dat er kritisch wordt gekeken naar het eerlijk verdelen van de huidige pensioenrekening tussen jong en oud, arm en rijk. En dat er een nieuwe degelijke berekenings-systematiek komt die leidt tot stabiel beleid bij pensioenfondsen op het gebied van premiestelling. Ook wil het CDA dat pensioenfondsen van hun eigen vermogen 5 tot 15% gaan bijdragen aan de binnenlandse kapitaalvoorziening en investeringen in onze economie al mag dat niet ten koste gaan van het te behalen rendement.

De VVD wil dat de rekenrente dient aan te zetten tot een verstandig risicomanagement en niet dient te leiden tot verstoring in de markt voor risicoafdekking en dat het opportunistisch aanpassen van deze rente moet worden voorkomen.  De VVD wil ook een grotere keuzevrijheid in het pensioenstelsel en wil de huidige doorsneepremie nader bekijken en is ook voor een evenredige vertegenwoordiging in de besturen van de pensioenfondsen. D’66 wil dat er een nieuw stelsel komt met meer keuzevrijheid, waarbij het eigendom van het gespaarde pensioenvermogen per deelnemer duidelijk moet vastliggen. Een individualistisch en daarom slecht plan. Daarnaast wil D’66 binnen het huidige nominale pensioenkader vasthouden aan een marktconforme risicovrije rente. Ook dat is een slecht plan voor de gepensioneerden. In het blad IPN van 29 augustus is een commentaar verschenen waarom het gebruik van de zogenaamd risicovrije rente onjuist is, hetgeen wordt ondersteund door Dr. Duffhues (zie bijlage ).         

Nieuwsbrief van de Stichting Pensioenbehoud van 3 september 2012.