Rekenrente blijft ons bezighouden (3 dec. 2012)
In zijn artikel Pleidooi voor een hogere rekenrente neemt Bernard van Praag, emeritus hoogleraar economie aan de UvA, zoals geplaatst in het blad De Actuaris van november 2012 (zie bijlage ) duidelijk stelling in de pensioendiscussie. Van Praag wil de verplichtingen van pensioenfondsen baseren op de rendementen in het verleden. “Die schommelen zo rond de zeven procent. Zelfs sinds de crisis is uitgebroken halen vele pensioenfondsen rendementen die ruim boven de swaprente liggen. Het is dus onzin om dan zo’n lage rente te hanteren. Waardeer de verplichtingen op de rendementen van het pensioenfonds in het verleden. Dan kun je een zekerheid inbouwen via een afslag van een paar procent, je kunt het percentage verder bijstellen als de huidige lage rente veel langer aanhoudt en je moet vooral schommelingen over een lange termijn uitsmeren. Dan nog kom je op veel hogere percentages dan die twee procent. Dan is er geen sprake meer van onderdekking en geen reden om af te stempelen.”
Anders dan toezichthouder DNB wil Van Praag dat de ‘prospectieve rente’ waarmee de verplichtingen worden gewaardeerd, kan verschillen per pensioenfonds, afhankelijk van de kwaliteit van de beleggingen en de prestaties in het verleden. “Behalve dat het gemakkelijker is voor de toezichthouder, is er geen enkele reden om een uniforme rente voor alle pensioenfondsen te hanteren. Er zijn zulke grote verschillen.” Staatssecretaris van SZW Klijnsma (pensioenen) heeft in navolging van haar voorganger Kamp toegezegd om een speciale commissie van deskundigen te benoemen die de beste methode voor de vaststelling van de rekenrente gaat uitzoeken.
Standpunt ministerie van SZW
Op 5 oktober betoogde Jan Koeman, hoofd afdeling pensioenbeleid van het ministerie van SZW, op een pensioencongres tijdens zijn lezing Het nieuw FTK op hoofdlijnen – stand van zaken zelf dat een van de vertroebelende uitgangspunten is dat “De risicovrije rente is een benadering van het toekomstige beleggingsrendement.” Daarom zou het ministerie van SZW het pleidooi van Bernard van Praag ter harte moeten nemen en moeten volgen.
Rapport pilot onderzoek terug- en bijstortingen OPF: 1 miljard euro onttrokken
Staatssecretaris Klijnsma heeft op 30 november de Tweede Kamer geïnformeerd (zie bijlage ) over het door het accountantsbureau PwC opgestelde rapport Terugstortingen en bijstortingen 1985-2011, een pilot onder vijf ondernemingspensioenfondsen van 31 oktober 2012 (zie bijlage ).
RTL Nieuws van 30 november bericht als eerste dat staatssecretaris SZW Jetta Klijnsma stelt dat uit onderzoek blijkt dat er geen volledig en betrouwbaar overzicht kan worden gemaakt over grepen in de kas bij pensioenfondsen. De gegevens zijn niet (meer) beschikbaar. Namens het ministerie heeft accountantskantoor PwC de afgelopen maanden een pilot gehouden bij vijf (ondernemings-)pensioenfondsen. PwC stelt dat ondanks dat de fondsen de administratie prima op orde hebben het niet realistisch is om te verwachten dat een volledig en betrouwbaar overzicht van terugstortingen vanaf 1985 kan worden opgesteld op basis van bij pensioenfondsen beschikbare gegevens. De gegevens zijn onvolledig, weinig inzichtelijk en onvoldoende gedetailleerd. Hoe kan de administratie dan prima op orde zijn?
Zo vonden de terugstortingen van pensioengelden volgens de wettelijke regels ruim voor de wettelijke bewaartermijn van 7 jaar plaats. Kamerlid Omtzigt, de pensioenspecialist van het CDA, had om het onderzoek gevraagd. Hij is van mening dat informatie over terugstortingen in de goede jaren bekend moeten zijn bij de huidige deelnemers. De 5 onderzochte, maar anonieme, pensioenfondsen stortten in de jaren 1990 tot en met 2011 maar liefst 2,3 miljard euro terug naar hun sponsor. In de crisistijd werd er weer 1,3 miljard euro bijgestort. Er is dus bij deze vijf pensioenfondsen in die jaren 1 miljard euro onttrokken. Onder deelnemers van pensioenfondsen is veel argwaan over de grepen uit de kas, zeker nu hun pensioenen en pensioenaanspraken al jaren niet meer worden verhoogd met de inflatie. De komende tijd moeten een groot aantal pensioenfondsen de pensioenen zelf noodgedwongen verlagen, omdat de dekkingsgraad, de verhouding tussen bezit en verplichtingen, al lange tijd niet meer toereikend is. Verder onderzoek voor de gehele pensioensector is dan ook zeer gewenst. De resultaten van het ABP zijn daarbij al bekend: 30 miljard euro onterecht onttrokken.
Nieuwsbrief van de Stichting Pensioenbehoud van 3 december 2012.