Pensioendiscussies veroorzaken een laag vertrouwen (15 okt.)
De invoering van de nieuwe rekenrente Ultimate Forward Rate (UFR) voor de berekeningen van de verplichtingen van een pensioenfonds houdt de gemoederen flink bezig. De standaard UFR is gebaseerd op marktrentes tot een looptijd van 60 jaar, waarbij de rekenrente aan het einde oploopt tot 4,2% en alleen geldt voor verzekeraars. Maar deze nieuwe UFR voor pensioenfondsen is helaas aangepast door De Nederlandse Bank door de marktrentes langer dan 20 jaar te laten meewegen met weegfactoren. Een gevolg daarvan is dat de verwachte positieve gevolgen op de dekkingsgraad lager zullen uitvallen, vooral voor ‘grijze’ fondsen zoals het ABP met slechts +2%. Naar de reden dat verzekeraars de standaard UFR moeten gebruiken en pensioenfondsen de verlaagde UFR, is het gissen. Er zal een commissie van externe deskundigen door SZW worden benoemd die zich moet buigen over de UFR voor 2014 en volgende jaren. Ook de Koepel van Nederlandse Verenigingen van Gepensioneerden (KVNVG) is een groot voorstander van deze onafhankelijke commissie.
Het generatieconflict zou niet centraal moeten staan
De econoom David Hollanders wijst er nog eens terecht op in zijn artikel Laat werkgevers en vermogensbeheerders nu bloeden voor goed pensioen van 9 oktober (zie www.mejudice.nl) dat in de pensioendiscussie de achterstallige premiebetalingen door werkgevers en de marmeren vloeren bij vermogensbeheerders centraal moeten staan. Dus niet de belangentegenstelling tussen jonge en oude dan wel goed en minder goed verdienende werknemers ondanks de spagaat van het opbouwen van individuele rechten en het collectief financieren ervan.
Het werkelijke conflict is dat tussen werknemers versus werkgevers en vermogensbeheerders. De uitvoeringskosten moeten fors omlaag, want deze zijn nu een veelvoud van die van de AOW en werkgevers zouden miljarden in de pensioenkas moeten bijstorten. Het gaat erom dat de werkgevers in het verleden jarenlang te weinig pensioenpremie hebben betaald en dat vermogensbeheerders teveel risico hebben genomen. Bovendien betalen pensioenfondsen veel te veel kosten aan hun vermogensbeheerders volgens het onderzoek van het adviesbureau LCP, circa € 5 miljard per jaar tegen circa € 30 miljard aan premie. Daarover zijn dan vragen in de Tweede Kamer gesteld, want 1% minder kosten resulteert op lange termijn in een toename van het vermogen van 30%.
Laag vertrouwen in Nederlands pensioenstelsel
Met al deze zorgen over pensioenen is het te verwachten dat slechts een kwart van de Nederlanders vertrouwen heeft in ons pensioenstelsel. Als gevolg van dit lage vertrouwen heeft 63% liever een laag maar gegarandeerd pensioen, dan een risicovol pensioen dat hoog kan uitvallen. Opvallend is dat werknemers in de leeftijd van 50 t/m 65 jaar positiever over het Nederlandse pensioenstelsel en hun eigen pensioen zijn, dan jongeren tussen de 18 en 34 jaar.Aldus een onderzoek van TNS-Nipo in opdracht van Zwitserleven (U weet wel, van dat gevoel …) onder 1089 werknemers in loondienst die via hun werkgever pensioen opbouwen.
Prinsjesdag 20123
Ook de begrotingsplannen voor 2013 zien er weinig opwekkend uit volgens het artikel De nieuwe oudere melkkoe van Simon van der Schoot, voorzitter van de Nederlandse Bond van Pensioen-belangen (zie bijlage). “Ook nu slaagt men er in de BTW-verhoging, de zorgkostenstijging, de energieprijsexplosie en de toename van de belastingenverplichtingen naar de gemeenten, de provincie, de staat en de waterschappen weer buiten de berekening van de inflatie te houden. De gevolgen zijn veel ernstiger omdat het officiële inflatiecijfer dat de overheid hanteert jaar op jaar ruim 1,5 % te laag is, maar toch als maatstaf wordt gebruikt bij loononderhandelingen en bij de beoordeling van de indexatie van pensioenen. Maar gewoon redenerend vanaf het jaar 2000 is de nieuwe, oudere melkkoe 12 maal 1,5% = 18 % afgetroggeld. De loonstop voor overheidspersoneel en de daarmee verwante groeperingen is een schadepost voor de werknemers van 10%, aldus de berekening van de FNV. Eigenlijk is de nieuwe oudere melkkoe dus al voor 28% uitgemolken.”
Nieuwsbrief van de Stichting Pensioenbehoud van 15 oktober 2012.