Ouderen- en jongerenorganisaties: geen generatieconflict (18 feb. 2013)
In het dagblad Trouw van 14 februari stond een opvallend artikel met als kop Ouderen- en jongeren-organisaties: Er is geen generatieconflict (zie bijlage). Deze verheugende constatering werd gedaan de ouderenorganisaties KNVG, NVOG, Unie KBO, Noom, PCOB en de jongerenorganisaties FNV Jong en CNV Jongeren. “Als we echt na willen denken over onze toekomst, kan dat niet vanuit de 'slachtofferrol'. Het begint met de vraag hoe de Nederlandse samenleving er de komende tien, twintig jaar uit kan zien en hoe mensen, jong en oud, daar zo goed mogelijk deel van uit kunnen maken. Daarmee zijn bezuinigingen niet van de baan. Uitgangspunt is wederzijdse solidariteit. Daarbij gaat het niet om verschillen tussen generaties, maar over verschillen binnen de samenleving: kansrijk of kansarm, hulpbehoevend of gezond. En vooral: arm of rijk. Jongeren en ouderen hebben samen belang bij een rechtvaardige, solidaire samenleving.” Het is verheugend dat beide soorten organisaties tot deze slotsom zijn gekomen. Nu moeten we zien welke oplossingen er voor de bestaande problemen worden gekozen die voldoen aan deze uitgangspunten. Ook de Pensioen-federatie pleit nu voor een beter pensioen voor jongeren vanwege de discussie over de doorsnee-premie die jongeren zou benadelen. Daar wordt in opdracht van staatssecretaris Klijnsma onderzoek naar gedaan.
Hoge Raad wijst op de zorgplicht voor pensioenfondsen
In een recent arrest wijst ons hoogste rechtscollege de Hoge Raad erop dat pensioenfondsen verplicht zijn hun deelnemers goed te informeren over hun rechten en plichten. De nieuwsbrief IPN bericht daarover op 14 februari “De Hoge Raad benadrukt dat op pensioenfondsen een zorgplicht rust ten aanzien van de kennisgeving van het vervallen c.q. wijzigen van pensioenregelingen. Het fonds dient rekening te houden met de persoonlijke en financiële belangen van deelnemers bij het verstrekken van informatie over wijzigingen in een pensioenreglement. Dat geldt zowel voor wijzigingen in het verleden als voor de wijzigingen die nog gaan komen. Naar mate de persoonlijke en financiële belangen van de deelnemer toenemen, zal het fonds zorgvuldiger moeten informeren.” Dus als de mogelijkheid van een korting op de opgebouwde pensioenaanspraken en pensioenrechten niet is vermeld in het pensioenreglement, correspondentie, folders e.d. dan kunt u met recht en reden bezwaar tegen de korting maken.
Welke pensioenfondsen gaan korten?
Het aantal pensioenfondsen dat aan zijn deelnemers bekend heeft gemaakt dat hun oude dag per 1 april wordt gekort, loopt in snel tempo op. Dat zijn inmiddels 34 fondsen (zie bijlage) met soms dramatische kortingen van ruim 20% zoals bij ECI. Dat is ongeveer de helft van de in totaal circa 70 fondsen die volgens toezichthouder De Nederlandse Bank (DNB) gaan korten. Pensioenfondsen zijn verplicht om hun deelnemers uiterlijk voor 1 maart te informeren dat het opgebouwde pensioen wordt ’afgestempeld’. De verlaging geldt zowel voor gepensioneerden als werknemers. Deze 34 fondsen hebben hun beslissing aan de deelnemers medegedeeld. Maar veel andere fondsen wachten nog met een mededeling. Het is maar de vraag of alle pensioenfondsen die korten met naam en kortingspercentage op het overzicht zullen staan die de Pensioenfederatie op 19 februari publiceert. Sommige pensioenfondsbestuurders staan erop eerst hun deelnemers te informeren vóór 1 maart en dat is terecht.
Nieuwsbrief van de Stichting Pensioenbehoud van 18 februari 2013.