Skip to main content

Nieuwsbrieven Pensioenbehoud

Nationale Pensioendialoog afgerond, nu de voorstellen nog (26 jan. 2015)

Op 19 januari rondde Staatssecretaris Jetta Klijnsma de Nationale Pensioendialoog af met een bijeenkomst in Nieuwegein en vatte alle bijdragen samen in een vijftal punten, die ze in haar voortgangsrapportage aanduidt als rode draden. Het zijn de vijf thema’s die volgens Klijnsma leven in de dialoog. De eerste rode draad die Klijnsma aanstipt is “Een van de meest gehoorde verzuchtingen tijdens de dialoogbijeenkomsten is dat pensioen minder complex en transparanter zou moeten zijn”. “Veel mensen benadrukken het belang van een betere communicatie. Maar werken aan transparantie reikt verder dan dat: het pensioensysteem ís ook gewoon moeilijk.” Er wordt door deelnemers gepleit voor heldere eigendomsrechten en pensioenopbouw in kapitaal in plaats van aanspraken.

De overige vier rode draden van de staatssecretaris zijn:
- De veranderende arbeidsmarkt is een belangrijke reden voor de verandering van het aanvullend pensioenstelsel;
- Er is een roep om meer aansluiting bij individuele behoeftes;
- Er is behoefte aan solidariteit, maar ook behoefte aan een verschil van solidariteit in de vorm van het afdekken van risico’s en solidariteit die leidt tot herverdeling tussen groepen mensen;
- Er zijn verschillende opvattingen over wie verantwoordelijk is voor het pensioen: de overheid, sociale partners of het individu.

Conclusies
De thema’s zijn voorlopig het enige wat Klijnsma uit de Nationale Pensioen-dialoog wil halen, het uit te stippelen beleid zal pas plaatsvinden in de zomer, op basis van deze vijf rode draden. Klijnsma schrijft in de voortgangsrapportage: “Vijf thema’s, die belangrijk zijn voor de toekomst van ons stelsel van aanvullende pensioenen, en die dus ook hun weerslag zullen vinden in de Hoofdlijnennotitie die het kabinet voor de zomer aan de Tweede Kamer zal sturen. In die Hoofdlijnennotitie zullen verschillende beleidsvarianten worden gepresenteerd. Het kabinet zal deze varianten vergezeld doen gaan van een appreciatie.
Daarmee kan de hoofdlijnennotitie politieke keuzes faciliteren. Daarbij zal het kabinet op dilemma’s stuiten, omdat bijvoorbeeld niet alle wensen tegelijkertijd kunnen worden ingewilligd of omdat mogelijke beleidsrichtingen die betrekking hebben op de tweede pijler ook consequenties kunnen hebben voor de verhouding tussen pijlers. Zo verhoudt zich bijvoorbeeld een grote mate van keuzevrijheid slecht tot een hoge mate van solidariteit. Er zal dus sprake zijn van een zekere uitruil. Het kabinet zal dit in samenhang bezien.”

SER
Voordat er definitief beleid wordt gemaakt, wil Klijnsma nog het advies van de Sociaal Economische Raad (SER), een internationale vergelijking van het Centraal Planbureau en een onderzoek naar solidariteit van het Sociaal Cultureel Planbureau inzien.
SER-voorzitter Mariëtte Hamer zei verschillende scenario’s te gaan schetsen in plaats van met één advies te komen. “Bij de verschillende scenario’s gaan we wel de plussen en minnen zetten”, zei Hamer. Volgens ingewijden gaat de SER wel aanbevelen om een van de scenario’s verder te onderzoeken: een pensioenstelsel met individuele pensioenpotjes en collectieve risicodeling.

Nieuwsbrief van de Stichting Pensioenbehoud van 26 januari 2015.