Koopkracht gepensioneerden is fors achtergebleven (30 juni 2015)
De fors achterblijvende koopkracht voor 'post-actieven' bleek uit een onderzoek van een aantal wetenschappers van de instituten ITS en SEO in opdracht van de ANBO (Bekijk de link).
Er is ook een beknopte samenvatting door ANBO beschikbaar gesteld Bekijk de link
Gepensioneerden zijn er tijdens de crisis zes keer harder op achteruit gegaan dan werkenden. In de periode 2008-2013 nam de koopkracht van werkenden gemiddeld 1,1 procent af, terwijl post-actieven gemiddeld 6,2 procent minder te besteden hadden, aldus de ANBO. Het onderzoek is gedaan op basis van de statische ontwikkeling van het besteedbaar (netto) inkomen. Het betreft dan ook een vergelijking van huishoudens die gedurende de periode 2009-2013 tot dezelfde groep en hetzelfde type huishouden behoren. Daarbij gaat het om ruim 1,1 miljoen ouderen van 65+, meer dan 2,1 miljoen werkenden, 73.075 huishoudens met een arbeidsongeschiktheidsuitkering en 107.126 huishoudens met een VUT/prepensioen als voornaamste inkomensbron.
De verdeling van de ontwikkeling van de bruto inkomens is binnen de onderscheiden groepen zeer verschillend. Bij de ouderen heeft de helft van de huishoudens een bruto inkomen tot € 30.000. De inkomens van vutters en prepensioen zijn heel anders verdeeld. Slechts een kwart van de huishoudens van vutter/ prepensioen heeft een bruto inkomen tot € 30.000. Ruim een derde heeft een inkomen van € 50.000 of meer. Bij de werkenden is dit nog meer, bijna twee derde van de werkende huishoudens verdient bruto minstens € 50.000. Waarschijnlijk speelt hier mee dat het vaker tweeverdieners zullen zijn.
De opgelopen inkomensachteruitgang voor ouderen met een bruto inkomen tot € 20.000 bedraagt -1,9%, van € 20.000 – € 30.000 -4,7%, van € 30.000 – € 40.000 -7,5%, van € 40.000 – € 50.000 -9,4% en bij meer dan € 50.000 inkomen een verlies van -12,8%! Bij de ouderen zijn huishoudens met hogere bruto inkomens er dus meer op achteruit gegaan. Een belangrijke oorzaak is het korten en niet indexeren van de aanvullende pensioenen die 36,6% van het bruto inkomen uitmaken. De AOW maakt echter een groter percentage van het inkomen van de ouderen uit met 43,8%.
Maar ook bij de overige groepen huishoudens zien we dat de inkomensachteruitgang vrijwel steeds groter is bij de hogere inkomens. Voor de werkenden geldt dit eveneens, zij het dat voor deze groep de lagere inkomens er op vóóruit zijn gegaan. Alleen de werkenden in de hoogste inkomensklasse (vanaf € 50.000) kennen een negatieve koopkrachtontwikkeling in de periode 2009-2013. Ook als we kijken naar de ontwikkeling van de koopkracht van de 10% meest gedaalde inkomens zijn de hogere inkomens in alle groepen er meer op achteruit gegaan oplopende van -7% tot -38%!
Kortom, er is een grote nivellering door dit kabinet aan de burgers opgelegd en dat moet snel stoppen. Ook daarom moeten de gepensioneerden meedelen in de aangekondigde belastingverlichting. Het ANBO rapport zal in de Tweede Kamer worden besproken in een debat van 50PLUS gesteund door SP, PVV, PvdD en Groep Kuzu/Öztürk. Stuur daarom een email met uw mening hierover aan de politieke partijen in de Tweede Kamer.
N.B. Op maandagavond 13 en 14 juli om 20.25 uur op NPO 2 zendt Omroep MAX twee nieuwe delen uit van de serie 'Zwarte zwanen' over onze pensioenen en hoe die worden beheerd en belegd. En op 15 juli om 20.25 uur op NPO 2 wordt Hollandse Zaken uitgezonden dat ook onze pensioenproblemen zal behandelen.
Nieuwsbrief van de Stichting Pensioenbehoud van 29 juni 2015.